zaterdag 31 maart 2012

Rondje fietsen Amsterdam Diemen

Vanuit mijn ouderlijk huis vertrek ik met mijn moeder op de fiets om het rondje te gaan fietsen wat we vroeger na het eten vaak deden. Nu jaren later, zal niets er meer uitzien als toen.


Langs de weg in Diemen staan deze schattige beelden.




Dit huisje herkende ik nog wel. We fietsten en altijd langs.

Hier was vroeger ongeveer een spoorweg overgang. Nu staan er hoge flatgebouwen.

Er is ook een heel bos aangelegd, het Diemerbos. Vroeger weiland weet ik nog wel.


Ze hebben het leuk opgezet.

Mijn moeder op de fiets, alleen nu met een electrische. Gaat nog steeds prima.

Voor fietser ern ruiter een weg door het bos

Vroeger lag er maar één brug , nu twee waar de trein over gaat richting Amsterdam.

Op een bankje kijken naar de vliegtuigstrepen in de lucht.
Hemelsbreed zit je hier niet ver van Schiphol

In deze boerderij ben ik vroeger wel is geweest.
Mijn nicht was getrouwd met de zoon van de boer.


Kreatieve bouw

'Kom maar langs hoor als je in de buurt bent' zei mijn neef
Nou mooi niet thuis dus, dan maar eenbriefje door de bus dat we echt langs geweest zijn.

Thuis in de tuin van mijn ouders is er van alles te zien.


De bloemetjes staan al weer lekker te bloeien


In alle kleuren.

Of nog in de knop te wachten tot het nog warmer wordt

Hommels vinden ook de weg naar de bloemen


Het binnenpleintje

Ook hier vliegen de vliegtuigen af en aan.

Met het lente weer hebben de duiven het druk.

Ook dit verliefde stelletje aan de muur.

zaterdag 24 maart 2012

Heikikker weekje

Deze week waren de heikikkers weer blauw.
Dinsdag voor het erst even gaan kijken.

De heikikker heeft een bruine kleur, vaak met vlekken op de rug en flanken, de achterpoten zijn licht gebandeerd. Ongevlekte exemplaren komen ook voor, deze hebben een kleur die doet denken aan kipfilet. De dorsolaterale lijsten zijn vaak lichter van kleur, op het midden van de rug is vaak een lichte rugstreep aanwezig, begrensd door donkere wratten. Bij sommige populaties ontbreekt deze streep echter. De buik is meestal ongevlekt of soms grijs gemarmerd aan de flanken. Ook dit kenmerk geldt niet voor alle populaties, sommige populaties hebben juist altijd een gevlekte buik. Achter de ogen is een zeer brede, bruine langwerpige oogvlek aanwezig die loopt van het oog tot de voorpoot. Over de onderlip loopt een gele streep tot de mondhoeken. De achterpoot van de heikikker is eenvoudig te herkennen aan de relatief grote metatarsusknobbel. Deze structuur is verhard en veel langer dan die van andere soorten, die meestal een zachte knobbel hebben.
De kop eindigt relatief spits, de ogen zijn geelbruin van kleur, de pupil is horizontaal en enigszins elliptisch. Het trommelvlies is gelegen in de oogvlek en bruin van kleur, het heeft een diameter van ongeveer twee derde van die van het oog.

De heikikker bereikt een lengte van ongeveer 55 tot 60 millimeter en kan tot 7 cm lang worden. In uitzonderlijke wordt een lengte van 8 cm bereikt, maar dit geldt alleen voor exemplaren in het zuidoostelijke deel van het verspreidingsgebied. Mannetjes in de paartijd zijn vaak donkerder tot blauw gekleurd.

 
Een salamandertje kwam op de versgelegde eitjes en liet het zich smaken








Donderdag weer even kijken of de kikkers nog blauwer waren geworden.
De heikikker trekt al vroeg naar zijn voortplantingswateren, meestal in maart. Tussen mei en juni is de voortplantingstijd voorbij en trekken de kikkers weer naar hun zomerverblijf. In de zomer is de heikikker meer op het land te vinden, als het te warm is wordt de waterkant opgezocht. Ze kunnen tot ongeveer een kilometer van het water worden aangetroffen.

In de zomer zijn de kikkers 's nachts actief, tijdens de paartijd zijn ze ook overdag actief. De larven en juveniele kikkertjes zijn dagactief. De heikikker houdt een winterslaap op het land, al is er nog discussie of de winterslaap soms in het water wordt gehouden. Vermoedt wordt dat sommige mannetjes op de waterbodem overwinteren.
 

Eitjes genoeg.
Heikikkers, en alleen de mannetjes krijgen in de paartijd een blauwe kleur. Het blauw is een waas dat over het onderliggende patroon heen ligt en na een paar dagen al weer verdwijnt. Het betreft de bovenzijde van het lichaam en vooral de keel. Bij mannelijke bruine kikkers komt dit type kleuromslag ook voor, maar de kleur wordt een blauwig grijs en de keel wordt opvallend wit. Aanvankelijk werd gedacht dat deze voor roofdieren goed zichtbare exemplaren een foutje van de natuur waren zoals melanische (zwarte) of albinische (witte) dieren, maar aan het einde van de paartijd kleuren ze weer terug; het is dus een baltskleur. De kleur ontstaat zodra de kikkers het water betreden. Ook zwellen met name de voorpoten van de mannetjes op, wat veroorzaakt wordt door een ophoping van lymfevocht.

In maart trekken de kikkers naar hun voortplantingswater, de mannetjes blijven met enkele weken het langst in het water, de vrouwtjes blijven slechts enkele dagen. De lokroep van de heikikker wordt wel vergeleken met het geluid van een onder water vol lopende lege fles. Er wordt zo'n 4 tot 7 keer per seconde geroepen, de roep klinkt als wuob...wuob...wuob.

De eitjes worden bovenop waterplanten afgezet, zoals vlotgras of zelden op de bodem van het water. De eierklompen zijn zo groot als een vuist en bevatten 500 tot 3000 eitjes per klomp, deze worden in een of twee keer afgezet. De eitjes hebben een diameter van 1,5 tot 2 millimeter, de gelei-achtige omhulsels zijn 6 tot 8 mm en daarmee kleiner dan de eieren van de bruine kikker. De eitjes zijn bruin grijs tot donkergrijs met een vale lichtere vlek aan de onderzijde.


 

Ze waren er met vele


Zal ik hem kussen?????




Tussen het gras trippelde een paartje padden, gezellig zo op de rug meerijden.


Die heeft geen zwemles nodig.






Zaterdag waren ze nog wat blauwer







'Ze zitten er nog steeds hoor', lijkt hij wel in zijn oortje te fluisteren.




Ze kwamen heel dichtbij  en leken wel erg nieuwsgierig wat we aan het doen waren.





In Nederland komt de heikikker voor in een groot gedeelte van het land, maar is niet meer algemeen. De soort is vooral in het oosten en zuiden te vinden. In België komt de heikikker alleen voor in de noordelijkste provincies Antwerpen en Limburg.
In Nederland wordt de heikikker beschouwd als kwetsbare soort en staat op de rode lijst. In zijn gehele areaal is de soort echter niet bedreigd.

Info van Wikipedia